Inmiddels is de CCG een rijdende en remmende fiets geworden,
Voorlopig ben ik er mee klaar .Ik wil later als het warmer weer is de kettingkast bouwen en transfers aanbrengen.
Eerst maar eens wat rijden om de kleine foutjes er uit te halen .Jammer als de kettingkast er weer af moet voor
een of andere aanpassing.
de laatste dagen vooral gewerkt aan de remonderdelen die nog miste . Met name de veertjes die de remmen op spanning houden en de schoenen doen terug bewegen bij het remmen. vier opgerolde veertjes, twee linkse en twee rechtse.
Ik zag er een beetje tegenop maar dat bleek niet nodig. Het was een vrij simpel karweitje met de draaibank.]
Aanvankelijk had ik een een dunner asje vanuit de redenering dat de veer wel weer naar een grotere diameter zou terug veren .Dat bleek mee te vallen waardoor mijn eerste veertje een te kleine diameter kreeg.
Het leerproces kan snel gaan gelukkig. Zo ontdekte ik dat het haakse uiteinde er zeer lastig aan te buigen is als de veer haar volledige aantal wendingen heeft maar buig je een slag eerder het laatste eindje er al aan dan wordt dat een mooi haaks uiteinde.
Het ene uiteinde steek je in een gaatje achter in de remschoen-huls en het voorste haakse uiteinde gaat in een ring met gaatjes en een vierkant midden-gat dat op de as van de rem borgt. De veertjes zijn links en rechts gedraaid maar het is me niet duidelijk welke veer voor welke kant is. Ze veren linksom en rechtsom even goed namelijk.
Ik kan zeggen dat de remmen bijna in een keer goed zijn. Het enige wat ik echt moest aanpassen was de lengte van de verticale remstang langs de zadelbuis. Die was te iets te lang waardoor de slag van de rembeweging te vroeg vastliep tegen de trapas lug.
Nu remt het strak en komen de remmen netjes vrij.
Ik ga ook nog aan de slag met een reparatietasje voor achter het zadel. Ze zijn bij Fongers redelijk opvallend en fraai door haar grote opschrift.
En slecht vindbaar/duur in aanschaf.
Een collega van me heeft een printer en maakte de stempel. Er moet er nog een meer komen met wat grotere letters maar de werking hebben we al bewezen. Lastigste is nu een strak stiksel te maken op de hoeken van de tasjes. Die stiknaad loopt diagonaal door de hoeken. Aan de binnenkant zie je geen stiknaad. Dat wordt lastig mikken. Misschien voorboren met een boortje 2 mm vanuit een mal. Het moet industrieel strak worden en niet een beetje wiebelig.
De S.A. buisversteller moest ook nog wat herstelwerk ondergaan. Behalve dat de buisklem moest worden verlengd om om de grote diameter Fongers bovenbuis te passen had de oude versteller last van uitgesleten positieogen in de achterplaat.
Omdat de versteller een eenvoudig geklonken ding is kan je vrij makkelijk het ding uit elkaar halen en onderdelen vervangen. Ik heb er dus maar een andere achterplaat in gezet en daarna de boel weer vast geklonken.
De achternaaf is een K uit 1928.
Een jaartje te vroeg maar daar kan ik wel mee leven.
Komt van een collega liefhebber uit Houten. De fiets is echt bij elkaar gesprokkeld!
Het olie lipje is ook weer van de partij:
